Lifestyle

Kort verhaal: Muntjes

Terwijl ik het terrein op loop wordt het geluid dat ik verderop al hoorde sterker. De kleuren en geuren en geluiden snellen langs elkaar heen. En de waas van mensen doemt aan mij op. Koortsachtig zoek ik de kraampjes af, hier moet het zijn. Iedereen kijkt mij verstoord aan, terwijl ik ze met grote passen passeer. Ze had het nog zo beloofd…


Bron

Ik zucht en denk terug aan de eerste keer dat we op de kermis waren. Het was een zonnige dag, we mochten nog niet in de avond omdat er dan te veel jongeren waren. Papa had geglimlacht toen hij onze ogen groter zag worden door de rijen knuffels die bij de kraampjes hingen.

‘Wil je er een?’ vroeg hij aan mij en mijn zusje. We knikten vol verwachting, mijn vader gooide de muntjes die hij gekocht had in de automaat en begon te spelen. Het was ontzettend spannend en het had een magisch gevoel gegeven, toen ik zag hoe de muntjes die wij er in deden de muntjes in de automaat naar voren schoven. De muntjes vielen in een laatje als ze over het randje werden geduwd. Al die muntjes stopten we in een bakje en gaven we aan papa. De spanning was voelbaar maar mijn vader bleef vrolijk. Twee gekleurde muntjes schoven steeds dichter naar de rand toe, mijn vader ging nog wat zilveren muntjes halen. Wij hielden de wacht bij onze automaat. ‘Spannend he,’ zei mijn zusje terwijl ze mij zachtjes in mijn hand kneep. Ik knikte. De zilveren muntjes bleven schuiven en met ingehouden adem keken we toe. De muntjes waren bijna op en pap had gezegd dat we geen nieuwe meer gingen halen. 'Thling' en harde gil klonk uit mijn mond. Een klein roze muntje was naar beneden gevallen. Ik haalde het voorzichtig uit de lade en keek. 1000 punten stond erop. Mijn zusje keek beteuterd, haar muntje hing nog op het randje, en de muntjes waren op. Mijn vader graaide nog eens diep in het laatje en met een grijns haalde hij nog een zilvermuntje tevoorschijn. Hij tilde mijn zusje op en zei: ‘Hier, doe jij het maar’. Mijn zus schoof het laatste muntje in de automaat. Net toen ik wilde voorstellen mijn prijs te delen, kwam het muntje in beweging. Thling, het muntje lag in de lade. Mijn vader liet vol blijdschap het oranje muntje zien. 1000 punten stond er op. Een paar minuten later ga mijn vader mij een roze pluche katje en mijn zusje een paars pluche katje. Mijn vader keek ons liefdevol aan en omhelsde ons. Hij fluisterde in onze oren. Ik hou van jullie, meiden.


Bron

Sneller dan ik mijn voeten aankunnen haast ik me over het kermisterrein. Dan zie ik haar, ze staat met haar rug naar mij toe bij een automaat met Jonnhy Sliders op de bovenkant. Ik loop naar haar toe, overal klinkt het gerinkel van muntjes. Ik tik op haar rug, maar ze reageert niet. Ik zie hoe ze stoïcijns de muntjes in de schuifjes duwt en de vallende muntjes in het bakje stopt. ‘Kom mee naar huis,’ roep ik. Ik trek aan haar arm, wild ruk ze zich los. ‘Laat me met rust,’ mompelt ze. Een kwartier, misschien een uur, kijk ik toe hoe ze de muntjes in de schuifjes stopt. Als ze niet meer heeft, kijkt ze boos om zich heen en rent dan snel naar het muntenhokje. Ik zie hoe ze een twintigje geeft aan de vrouw in het hokje, dan rent ze snel terug naar haar plekje. Waar ze al jarenlang elk jaar weer vastgeroest zit. Het begon onschuldig, gewoon een keer proberen, net als vroeger. Maar nu…nu is het een verslaving. Ik zie hoe ze weer muntjes in het bakje stopt en iets breekt er in mij. Vroeger konden we nog gezellig kletsen, maar nu is ze een lege huls. Mijn boze gevoel welt weer in mij op, genoeg nu.


Bron

Ik grijp haar vast en begin haar los te trekken. Ze klampt zich vast aan de automaat. ‘Nee, nee,’ roept ze. ‘Nee, nee, laat los!’ Maar ik luister niet, ik ruk harder en opeens laat ze los. Sommige mensen staren, maar handelen niet. Nu ik haar ver van de machines heb weggetrokken, probeer ik haar aan te kijken. Ik moet haar handen vast houden en roep; ‘God, Nina! Kijk me aan!’ Haar ogen zijn rood en tranen lopen over haar wangen. Ook ik hou het niet meer droog en probeer haar te omhelzen. Eerst verzet ze zich nog, maar dan verslapt haar grip. ‘Waarom doe je dit toch steeds?’ vraag ik zachtjes. ‘Ik- ik- ik,’ stamelt ze. ‘Ik hem mis hem gewoon zo! En als ik hier ben voelt hij nog steeds zo aanwezig!’

Ik knik en hou haar stevig vast, nu ze heel hard begint te huilen. Alles valt op zijn plek. Haar gedrag, de verslaving. ‘Ik mis hem ook,’ zeg ik. ‘Maar Nina, hij houdt nog steeds van ons, ook als we niet hier zijn.’

Geschreven door lezeres Maaike 

Must reads 👀