Anna Nooshin
Dat het Anna Nooshin gelukt is om een flinke carrière met een aardig vermogen op te bouwen, dat mag inmiddels wel duidelijk zijn. Maar hoe is het allemaal begonnen? Op 18 december 1986 werd de influencer geboren in Iran. Toen ze zeven jaar oud was, vluchtte ze samen met haar ouders en zus naar Nederland. Op latere leeftijd wist ze cum laude af te studeren in communicatiewetenschappen, aan de Universiteit van Amsterdam. Toen ze 22 jaar oud was, begon ze een stage bij modeontwerper Yigal Azrouël in New York.
Op 29-jarige leeftijd bracht Anna haar eerste boek uit. Niet veel later begon ze ook haar eigen YouTube-kanaal, wat haar onwijs veel succes heeft opgeleverd. Ze heeft inmiddels al ruim 2,5 duizend abonnees. En ook op Instagram gaat de influencer lekker. Ze heeft al bijna een miljoen volgers! In 2016 mocht ze als jurylid werken bij Holland’s Next Top Model, en daarna heeft ze dit programma ook nog een aantal jaar gepresenteerd. Inmiddels heeft ze ook haar eigen beautylijn genaamd NOOSH én is ze eigenaar van het Upside Down Museum in Amsterdam. Een bezige bij, dus!
Lees ook
OMG! Dit is het bizarre vermogen van YouTuber Gio Latooy
Vermogen
Maar wat is nou eigenlijk het vermogen van Anna Nooshin? Want daar zijn we natuurlijk heel benieuwd naar! Het exacte bedrag dat op haar loonstrookje staat, weten we natuurlijk niet precies, maar ze komt in ieder geval geen geld tekort! Manly heeft ingeschat dat haar vermogen tussen de één en drie miljoen euro ligt. Daarnaast investeert ze ook in vastgoed, waardoor ze appartementen in Amsterdam en Rotterdam heeft.
Ook kocht ze een tijdje geleden met haar – inmiddels ex – verloofde Nassim Zeta een huis dat €3,4 miljoen euro waard is. Maar dat is nog niet alles; hier lieten ze namelijk ook nog een hypotheek op vestigen van €5,6 miljoen. En natuurlijk verdient ze naast al deze investeringen ook nog een aardig centje aan samenwerkingen op haar Instagram-account. Een slimme ondernemer is ze zeker! Maar hoeveel er precies op haar rekening staat, dat houdt Anna liever privé.
