In het gezin zijn er bepaalde rollen. Je hebt de oudste, die maakt het pad vrij voor de jongere kids. Dan heb je de middelste, die heeft vaak de voordelen van allebei de kanten. En dan heb je de jongste, de ‘kleine’ die overal achteraan hobbelt. Ze zeggen dat de jongste de Benjamin van het gezin is. Maar is dat wel altijd zo? Hier zijn een aantal herkenbare situaties.

♥  Je moeder heeft nog steeds veel bijnamen voor je.
Je broers en zussen hebben vast ook een bijnaam, maar die van jouw eindigt gek genoeg altijd op -je, kleintJE.

♥ De rest van je familie ziet je nog steeds als klein meisje.
Op familiebijeenkomsten zoals de verjaardag van je oom, ziet iedereen jou nog steeds aan voor ukkie. Ook als je vertelt dat je al eindexamen doet praten ze nog tegen je alsof je klein bent.

♥ Je zussen en broers zijn inmiddels al bijna het huis uit.
Je hoeft niet meer in de rij te wachten op het douchen en nu als de oudste uit huis is krijg jij een grotere slaapkamer, waar je wel aan toe bent na al die jaren in de kleinste kamer.

♥ Als jongste ben jij de ‘lieve’ van het gezin.
Dus als er ruzie was bij jullie thuis moest jij altijd de vrede bewaren. Schreeuwde je zus de hele tent bij elkaar? Dan was jij slim genoeg om naar je moeder te rennen met een mooie tekening, voordat de hele boel escaleerde. 

♥ Jij hoefde nooit wat in het huishouden te doen.
Waarschijnlijk is dit inmiddels veranderd, maar jij hoefde pas op veel latere leeftijd mee te doen in het huishouden in vergelijking met je broers en zussen. 

♥ Je moeder gaf jou nooit de schuld.
Ook al was jij loei irritant, je gaf altijd je broers en zussen de schuld, zette een huilgezicht op en je moeder vond het weer goed.

♥ Je hebt nooit echt kunnen puberen want je hebt geen grenzen gehad.
Je moeder vond alles goed…

♥ …Of juist het tegenovergestelde 
Dat je ouders extra zuinig waren op hun kleine dochter, dus moest je altijd vroeg thuiskomen en worden weggebracht. 

♥ Je wordt overal waar je komt vergeleken met je broers en zussen.
Dat je broer vervelend was op de middelbare school heeft je docent duidelijk onthouden…

♥ Stiekem iets doen gaat niet, je moeder en zussen houden je goed in de gaten. 
Omdat jij ‘klein’ en ‘kwetsbaar’ bent is de kans dat je in de avond weg kan glippen naar je vriendje, of stiekem naar een feestje kan, onmogelijk. 

♥ Er wordt veel van je verwacht.
Dit kan zijn omdat je zussen en broers al zijn afgestudeerd en het nu heel goed doen. Of juist dat zij echt niks doen met hun leven en je ouders hoop hebben bij jou. 

♥ Je leert van de fouten die je broers en zussen maakten.
Toen zij uit wilden moesten ze altijd ruzie maken met je ouders. Jij hebt dit slimmer aangepakt. 

♥ Als jongste word je vaak verwend door je ouders.
Waarschijnlijk heb je langer de fles gekregen of kreeg je langer een speen. En als je mee moest naar de hockeywedstrijd van je zus kreeg je veel snoepjes en speelgoed. 

♥ Je ouders hebben het heel moeilijk dat je ouder wordt.
En de gedachte dat je bijna uit huis gaat kunnen ze al helemaal niet verdragen.

♥ Je kreeg vroeger altijd de oude kleren van je oudere zus(sen).
Nieuwe kleren? Nou, je zussen hebben nog wel wat. Of een nieuwe fiets? Nee hoor.

♥ Als jongste werd je altijd ‘geplaagd’.
Je ouders zeiden dat je daar hard van wordt.

♥ Je had weinig te zeggen in huis.
Jij mocht nooit muziek kiezen, als eerste je verhaal van school vertellen aan tafel of de afstandsbediening pakken. 

♥ Vriendjes moesten eerst langs de keuring van je broers of zussen.
Jij kwam echt niet weg met een losse fladder. En je ouders hebben daar al helemaal moeite mee. 

♥ Er zijn minder babyfoto’s van jou.
Je broers en zussen hebben er net iets meer dan jij.

Lees ook: 

• 11 dingen die jij sowieso herkent als je het middelste kind bent
• Oudste, middelste, jongste of enig kind? Dit zegt het over jou!
• 22 dingen die je alleen begrijpt als je het oudste kind bent

Bron: Ze.nl, Cosmopolitan.com, Beaumonde.nl | Beeld: iStock