Ben je op zoek naar hét ideale anticonceptiemiddel voor jou? Zit jij al jaren aan de anticonceptiepil, heb je een spiraaltje of maak je gebruik van het anticonceptiestaafje, maar twijfel je nog welke optie het fijnste is? Dan staan deze vier misverstanden je keuze misschien nog in de weg.
In 2017 gebruikte maar liefst 92,5 procent van de seksueel actieve vrouwen tussen 16 en 24 jaar een vorm van anticonceptie. 65,5 procent van deze vrouwen slikte de pil. En dat terwijl er 20 vormen van anticonceptie bestaan. Elk met zijn eigen vooroordelen en misverstanden. Hoog tijd om die verkeerde informatie de wereld uit te helpen. Dit zijn vier misverstanden over anticonceptie die je (misschien) nog gelooft.
Misverstand 1: De pil mag je niet een langere tijd doorslikken
Normaal gesproken slik je 28 dagen lang één combinatiepil en dan volgt een stopweek. Na 7 pilloze dagen begin je aan een nieuwe strip. Het is ook mogelijk om de stopweek te skippen. Vaak wordt er geshockt gereageerd als iemand maanden of zelfs jaren de pil doorslikt. ‘Is dat wel gezond?’ Wees gerust, je kunt de combinatiepil zonder zorgen doorslikken. Hetzelfde geldt ook voor doorringen (anticonceptiering) en doorplakken (anticonceptiepleister).
Misverstand 2: Tijdens de stopweek van de pil/pleister/ring ben je ongesteld
Technisch gezien ben je niet ongesteld tijdens de stopweek. Het gaat om een zogeheten onttrekkingsbloeding. Die krijg je bij gebruik van alle hormonale anticonceptiemiddelen die de ovulatie voorkomen. Om echt te menstrueren moet er namelijk een eisprong zijn. Hoewel het geen echte menstruatie is, kun je door deze bloeding wel controleren of je per ongeluk toch zwanger bent. Wanneer er een bevrucht eitje succesvol is ingenesteld, wordt het baarmoederslijmvlies (endometrium) namelijk niet meer afgescheiden en krijg je ook geen onttrekkingsbloeding.
Misverstand 3: Voor het zingen de kerk uitgaan = geen anticonceptie
Coïtus interruptus, ook bekend als voor het zingen de kerk uitgaan, wordt vaak onterecht gezien als een valse vorm van anticonceptie. Maar in tegenstelling tot wat veel mensen geloven, zitten er GEEN zaadcellen in het voorvocht. Vóór de zaadlozing van de man blijft de prostaat afgesloten. Het voorvocht bestaat enkel uit slijm uit de klieren van Cowper. Er is wél een kans dat er zaadcellen in de urinebuis achter zijn gebleven van de vorige ejaculatie. Daarom is het verstandig dat de man na en voor de seks zijn blaas leegt.
MAAR WACHT: Het is voor beide partijen een uitdaging om op het moment suprême met de sekspartij te stoppen. Door grote kans op ‘menselijke fouten’ is voor het zingen de kerk uitgaan geen betrouwbare anticonceptievorm. Uit onderzoek blijkt dat 15 tot 40 procent van de vrouwen die deze methode gebruiken, binnen een jaar zwanger is.
Misverstand 4: De eisprong is op de 14e dag van je cyclus
Vroeger leerde je tijdens biologie dat een ovulatiecyclus 28 dagen duurt en de eisprong op dag 14 plaatsvindt. In werkelijkheid heeft slechts 14 procent van de vrouwen deze ‘voorbeeldcyclus’. Een cyclus kan 21 of zelfs 42 dagen duren. Ook de dag van ovulatie kan verschillen. Het eitje ‘springt’ meestal zo’n 14 dagen vóór de volgende menstruatie. De duur van de cyclus en de dag van ovulatie kunnen elke cyclus verschillen.
De anticonceptiebijbel
Wil je meer lezen over de voor- en nadelen van meer dan 20 soorten anticonceptie? In De anticonceptiebijbel door LotteLust en Laura Hiddinga worden ze allemaal uitgebreid besproken. Van praktische informatie – de betrouwbaarheid, bijwerkingen, het effect op je hormoonhuishouding – tot persoonlijke verhalen van bijna vijftig mannen en vrouwen.
