Pff… Het is weer eens de tijd van de maand. Nou, dan trekken we die tampons maar weer eens tevoorschijn. Het lijkt heel simpel: je brengt de tampon in en je bent beschermd tegen doorlekken. Maar zo simpel is het niet. Er zijn namelijk genoeg dingen die je fout kunt doen aan het inbrengen van een tampon, én waarschijnlijk maak jij je sowieso schuldig aan één van deze dingen. 

1. Je wast alleen je handen na het inbrengen
Het is heel hygiënisch en netjes als je je handen even snel wast na het inbrengen van een tampon, want je hebt tenslotte met je vinger in de buurt van je vagina gezeten. Maar je moet je handen eigenlijk ook wassen vóórdat je een tampon inbrengt. Zo voorkom je eventueel besmettingen door bacteriën die aan je handen zitten.

2. Je brengt je tampon niet ver genoeg in
Wanneer je een tampon inbrengt is het belangrijk dat je hem ver genoeg drukt. Er mag geen stukje meer uitsteken van de tampon. Je merkt het snel genoeg wanneer je tampon niet diep genoeg zit, want dan zul je het katoenen uiteinde voelen. Wanneer hij niet goed zit verhoogt de kans op doorlekken, dus verlaat de wc pas wanneer je helemaal niet meer voelt dat je een tampon draagt.

3. Je verwisselt je tampon maar één keer per dag
Ook wanneer je niet zoveel bloed bent verloren is het belangrijk om je tampon vaak te verwisselen, want zo voorkom je namelijk infecties. Je mag een tampon niet langer dan 6-8 uur dragen, maar het is nog verstandiger om net wat vaker van tampon te wisselen. Net wat frisser én wat hygiënischer. Lees dit artikel met het verhaal over een meisje dat haar been verloor door de tamponziekte.

4. Je gebruikt een tampon (voor de zekerheid) op de dag na je menstruatie
Het is begrijpelijk dat je er niet op zit te wachten om door te lekken. Maar het is niet heel verstandig om voor de zekerheid een tampon in te brengen, terwijl je eigenlijk al niet meer ongesteld bent. Bij het verwijderen van de tampon kan het droge stuk katoen namelijk behoorlijk ongemakkelijk aanvoelen. Gebruik liever een inlegkruisje.
5. Je verwisselt je tampon niet na het plassen
Officieel staat nergens aangegeven dat je je tampon moet verwisselen nadat je hebt geplast. Maar laten we eerlijk zijn: een touwtje waar je overheen hebt geplast is niet heel erg fris tussen je benen. 

6. Je vergeet je tampon eruit te halen
Het lijkt onvoorstelbaar: maar het kan gebeuren dat je je tampon vergeet te verwijderen. Je kunt je voorstellen dat dit natuurlijk hartstikke slecht is en de kans op infecties steeds groter wordt. Gebruik een schone vinger om te voelen of er nog een tampon in je vagina zit. Kun je hem er zelf niet meer uitkrijgen? Ga dan naar de dokter.

7. Je verwisselt je tampon niet na het zwemmen
Een tampon is dé perfecte oplossing voor ongesteld kunnen zwemmen, maar het is wel heel belangrijk om de tampon te verwijderen. Het touwtje komt in contact met water of chloor en dat kan huidirritaties veroorzaken. Verwissel na het zwemmen dus gewoon even je tampon.

8. Je bewaart je tampons tussen de douche en de wc
Het is niet heel handig om een doosje met tampons open en bloot in de badkamer te bewaren. Als je doucht komt er veel stoom in je badkamer, waardoor de tampons vochtig kunnen worden. De verpakking en de tampon blijven langer goed als je ze op een droge plek bewaart. 

Bron: cosmopolitan.com, bustle.com, hellogiggles.com | Beeld: iStock